De nasleep van morele verwonding in een organisatie kan soms uitlopen op een eindeloze worsteling zonder uitzicht op erkenning of verbetering. Dit bilijkt uit een recente publicatie van Naomi Gilhuis, Teun Eikenaar en Lars Stevenson in SSM – Qualitative Research in Health.
Het artikel onderzoekt de ervaringen van 13 (voormalige) politieagenten die werkgerelateerde psychologische schade hebben opgelopen. Hun verhalen onthullen een complexe dynamiek tussen de wens om erkenning en steun te krijgen van hun organisatie en de bureaucratische beperkingen die dit in de weg staan. Politieagenten beschouwen hun organisatie vaak als een ‘blauwe familie’ en zoeken daar steun, maar bureaucratische logica maakt dat zij vaak eerder als ‘verdachten’ worden benaderd, waarbij zij hun ‘ziek-zijn’ moeten bewijzen.
De auteurs benadrukken het belang van erkenning voor agenten met psychologische verwondingen. Ze maken onderscheid tussen ‘affirmatieve erkenning’ (die ongezonde dynamieken in stand kan houden) en ‘transformatieve erkenning’, die werkelijke verandering en heling mogelijk kan maken.
Deze publicatie is onderdeel van het promotieonderzoek van Naomi Gilhuis, waarin ze de maatschappelijk-politieke dimensies van morele verwonding onderzoekt.
Dit Engelstalige artikel is gepubliceerd in SSM – Qualitative Research in Health. Lees het volledige artikel via deze link.