Een aanzienlijk aantal militairen loopt morele verwondingen op, maar nog veel meer doen dat niet. Daarom is het belangrijk om de vraag te onderzoeken: hoe gaan militairen in het algemeen om met morele uitdagingen in hun werk? In dit artikel analyseert Tine Molendijk interviews met 80 (voormalige) militairen. Op basis hiervan onderzoekt zij hoe zij hun beroep zagen en welke copingstrategieën zij geneigd waren te gebruiken bij morele uitdagingen.
De bevindingen laten zien dat deze militairen over het algemeen niet zoveel morele spanning ervoeren als een buitenstaander misschien zou verwachten. Vaak spraken zij met veel plezier over hun uitzendingen, inclusief vuurcontact bijvoorbeeld, zonder enige behoefte zich te verantwoorden. Het is belangrijk dit soort uitspraken niet te snel te interpreteren als ‘ontkenning’ of ‘moral disengagement’. Als de geïnterviewde militairen wel morele spanningen ervoeren, gebruikten ze strategieën van vereenvoudiging, rechtvaardiging en rationalisatie, waaronder
– (zeer) bescheiden ‘goed doen’ (‘als ik maar voor een glimlach op het gezicht van één kind heb gezorgd’),
– regels en instructies (‘leuk, idealen, maar ik heb mijn taakstelling’),
– reciprociteit (‘het is hij of ik/zij of wij’),
– distantiëring en afstomping (‘je moet ook een beetje een schild om jezelf heen bouwen’ tot ‘je raakt soms gewoon onverschillig’), en
– compartimentalisatie (‘het is ook maar een baan, ik ben ook gewoon burger’; ‘het is een kwestie van mindsets switchen’).
Dit Engelstalige artikel is gepubliceerd in Armed Forces & Society. Klik hier voor het artikel.